23/2/2018

Netwerkdoosjes (voor RJ-45 stekkers)

Filed under: — cybrarian @ 9:46 am

Zie ook : RJ-45 stekkers op netwerkkabel zetten (http://linuxuser.copyleft.be/liglog/?p=6454)

Verwerf:

  • – Netwerkkabel CAT6 (of CAT5e)
  • – Netwerkdoosjes CAT6 (of CAT5e) Standaard B, dit bepaalt de kleurcode (*)
  • – “Crimptool”: speciaal gereedschap om de draden in de klemmen te drukken en overblijvend stuk af te snijden, en met hulpstukken als haakje om draden terug uit te trekken. (lukt misschien ook wel met combinatie van fijne schroevendraaiers en platte/kniptang)
  • – Kniptang, nijptang, schroevendraaier, ..

Omdat je niet altijd op voorhand kan zien of je wel doosjes koopt met de juiste kleurcodes, kan je ook opgezadeld geraken met een kleurcode “A”; dan met je in gedachten omzetten:

                 
                 
 

A standaard

       

B standaard (pin nrs)

   
                 
                 

1

       

1

     
             

2

       

2

     
             

3

       

3

     
             

4

       

4

     
             

5

       

5

     
             

6

       

6

     
             

7

       

7

     
             

8

       

8

     
             
                 
                 
Op de aansluitklemmetjes hoeft die volgorde van 1 – 8 niet te kloppen (niet netjes in die volgorde naast elkaar te liggen – dat wordt immers bepaald door de scherpe pinnen die door de draad heen gaan bij het dichtnijpen, en het signaal doorgeven naar de contactplaatjes voor de stekker). Dikwijls moet je de draden wat herschikken. Ze zitten per draadpaar opgedraaid in de kabel; draai net zover af als je nodig hebt voor de bevestiging; hetzelfde voor de mantel die er rond kan zitten; het is electro-magnetische bescherming. Verwijder genoeg om er voor te zorgen dat hij geen vals contact kan maken.
Als je aan één kant de doos klaarhebt, zou je de draad kunnen uitmeten aan de andere kant (als je hem nog niet door de muren zou hebben getrokken). Je kan daarvoor een “breadboard” gebruiken (wit roostertje met contacpunten die binnenin banen vormen zodat je er een andere draad op kan aansluiten op dezelfde rij). Steek de kabeleindes in het breadbord en meet met een multimeter, eventueel met behulp van andere draadjes die afgestript zijn.
Anders kan je een speciale netwerktester gebruiken die uit twee delen bestaat: een zendertje dat een signaal op de pinnen van de netwerkkabel zet, en een ontvanger die je meeneemt naar de andere kant, en die op een rij leds de signalen toont. De zender loopt pinnen 1 tot en met 8 af en in die volgorde moet het zichtbaar zijn op het uiteinde; zoniet is er iets fout: verkeerde volgorde van de draden op de aansluitklemmen of slecht contact op één of meer van de draden.

Reacties zijn gesloten.

Powered by WordPress